Professionele leden van KaHoT gaan akkoord met en handelen volgens de gedragscode en de deontologische code van kahot vzw als hieronder weergegeven.
Gedragscode
1) Te allen tijde zullen zij integer, professioneel en hoffelijk omgaan met de cliënten.
2) Het belang van klanten en hun dieren zal te allen tijde voorop staat. Integriteit mag nooit worden opgeofferd aan commercieel belang. Leden leggen hun eigen waarden niet op aan de klant.
3) Leden mogen geen aanspraak maken op een beroepsbekwaamheid, waarvoor ze de nodige kwalificaties niet hebben. Ze zullen er ook naar streven om hun professionele competentie voortdurend te ontwikkelen.
4) Leden mogen nooit proberen hun klanten te misleiden, met het oog op ongepast persoonlijk, professioneel of financieel gewin.
5) Leden behandelen alle informatie die over klanten of hun dieren wordt ontvangen vertrouwelijk en moeten ervoor zorgen dat deze niet op ongepaste wijze wordt gebruikt. Als gevallen worden gecommuniceerd of gepubliceerd, moet de anonimiteit van de cliënt worden beschermd. Foto’s of video-opnamen van de klanten, hun dieren of hun eigendommen worden alleen gemaakt met toestemming van de klant.
6) Leden moeten zich houden aan alle geldende wettelijke bepalingen en aan de deontologische beroepscode.
7) Bij het uitvoeren van hun taak zullen de leden alle redelijke veiligheidsmaatregelen nemen. Ze zullen geen interventies doen wanneer ze niet in staat zijn om dit op competente wijze te doen vanwege fysieke of psychische gezondheidsproblemen.
8) Leden mogen nooit onnodig lijden aan dieren veroorzaken.
9) Indien leden van KaHoT werknemers of assistenten in dienst hebben die geen lid zijn van KaHoT, moeten zij ervoor zorgen dat deze werknemers zich houden aan de gedragscode van KaHoT in hun omgang met cliënten en dieren.
10) Professionele leden moeten ingeschreven zijn in het aangepaste beroepsregister, een BTW nummer evenals de vereiste verzekeringen hebben.
12) Geen enkel lid zal KaHoT of een van zijn leden door woord of daad in diskrediet brengen. Een lid van KaHoT respecteert het standpunt van andere leden en doet in het openbaar geen afbreuk aan hun professioneel gedrag of mening.
Deontolgische code
- Inleiding
1.1. KaHoT is de beroepsvereniging voor hondengedragstherapeut, kattengedragstherapeut (hierna therapeuten genoemd), therapiedier-begeleiders, trainers, bewegings- of voedingsconsulenten, beofenaars van acupressuur voor dieren, … in de Benelux.
1.2. KaHoT accrediteert professionele beoefenaars in bovenstaande disciplines op basis van de met succes gevolgde opleidingen bij door KaHoT hiertoe erkende opleidingscentra. Hierdoor kunnen eigenaars van gezelschapsdieren, dierenartsen en leden van andere beroepsgroepen die met dieren werken, hulp en advies inwinnen bij gekwalificeerde beoefenaars van deze bovenstaande beroepen.
1.3. KaHoT kan de communicatie waarnemen over deze beroepen met de Overheid, de media en het brede publiek.
1.4. KaHoT promoot ook systematisch het welzijn van de gezelschapsdieren. Daarom wordt resoluut de voorkeur gegeven aan training door positieve bekrachtiging en worden aversieve technieken in het trainen gemeden.
1.5. De deontologische code is het geheel van ethische gedragsregels en praktische richtlijnen die gelden voor de beroepsbeoefenaar binnen zijn beroepssector. Het doel van de deontologische code is het optimaal functioneren te bevorderen op professioneel en collegiaal vlak, het voorkomen van problemen in de praktijkvoering en het vertrouwen in de beroepsgroep te bewerkstelligen bij de cliënt, de overheid en andere betrokken partijen.
1.6. Krachtens deze deontologische code zal de beoefenaar er naar streven zijn/haar professionele competentie te behouden en te ontwikkelen en om te werken binnen de grenzen van de eigen professionaliteit. Elk lid zal zijn vakbekwaamheid ontwikkelen door deel te nemen aan studiedagen, seminaries, symposia, congressen en door zich te verdiepen in vakliteratuur. Tevens zal elk lid zijn vakbekwaamheid verbeteren en actualiseren door het volgen van na- of bijscholingscursussen. Waar de overheid het minimum aantal na- en bijscholingscursussen niet bepaald, gebeurt dit door de beroepsvereniging.
1.7. De beoefenaars moeten zichzelf gedragen op een manier die hun disciplines, het beroep en de beroepsgroep niet in diskrediet brengt. Zij moeten de belangen en het welzijn van degenen die op hun diensten beroep doen altijd prioritair stellen.
1.8. Als lid van KaHoT zal de beoefenaar van één van bovengenoemde beroepen de deontologische gedragscode onderschrijven en naleven. Deze gedragscode is op de Algemene Vergadering goedgekeurd en wijzigingen dienen door de Algemene Vergadering goedgekeurd te worden met een twee derde meerderheid.
- Vestiging
2.1. Elk lid zal zich in regel stellen met de sociale en fiscale wetgeving van het land waren hij zich vestigt. Hij of zij dient zich te laten inschrijven bij de btw-administratie en aan te sluiten bij een sociale kas naar keuze.
2.2. Elk lid-beoefenaar dient een beroepsaansprakelijkheid-verzekering en een rechtsbijstand-verzekering af te sluiten. Deze kunnen afgesloten worden via Kahot. Indien men voor een andere verzekering kiest, moet jaarlijks een kopie van het verzekeringsbewijs opgestuurd worden naar het secretariaat van KaHoT.
2.3. De lokalen waar het beroep wordt uitgeoefend dienen te voldoen aan alle gebruikelijke hygiënische richtlijnen, brandvoorschriften en alle professionele richtlijnen die eigen zijn aan het beroep. De beoefenaars zullen adequate veiligheidsnormen naleven bij het uitvoeren van alle procedures en aanwenden van apparatuur die in de professionele praktijk wordt gebruikt.
2.4. Het uitbouwen van een winkel is een volledig afzonderlijke activiteit. Voor deze activiteit moet men zich wettelijk in orde stellen als handelaar.
2.5. Het uitbaten van een pension of asiel is een volledig afzonderlijke activiteit. Voor deze activiteit moet men zich wettelijk in orde stellen de bevoegde Overheden.
- Competentie en beroepsuitoefening
3.1. De beoefenaars zullen zich gedragen op een manier die hun discipline en beroep niet in diskrediet brengt. Ze handelen met integriteit, onpartijdigheid en respect voor personen , dieren en samenleving. Zij streven ernaar de hoogste ethische normen in hun werk vast te stellen.
3.2. De beoefenaars zullen in geen geval acties of activiteiten aanbevelen of ondersteunen die schade kunnen toebrengen aan de betrokken personen en dieren, aan hun onderlinge relatie of aan de samenleving.
3.3. De beoefenaars hebben expertise in het omgaan met het gedrag van individuele gezelschapsdieren, leidend tot een of meer van de volgende gevolgen: een afname van de kwaliteit van leven van het dier of van zijn eigenaar, of van andere dieren of mensen; bedreiging of potentiële bedreiging voor de veiligheid van mens of dier; overlast of vermeende overlast voor het publiek. Ze moeten vertrouwd raken met en zich houden aan alle relevante wetgeving, inclusief deze met betrekking tot dierenwelzijn
3.4. Bij voorkeur worden de dieren behandeld op verwijzing van een dierenarts. Om de toegankelijkheid voor de cliënten en hun dieren te bevorderen, kunnen verwijzingen vanuit andere bronnen worden aanvaard. Wanneer dit het geval is, en omdat sommige gedragsproblemen kunnen ontstaan als gevolg van een medische aandoening, is het aangewezen de cliënt voor te stellen zijn/haar dierenarts te raadplegen. In geen geval mag de beoefenaar die geen gekwalificeerde dierenarts is , de klant misleiden door een dergelijke rol aan te nemen. Indien de beoefenaar holistisch werkt, werkt hij/zij complementair aan de geneeskunde volgens de principes van de natuurlijke gezondheidszorg. Een complementaire hulpverlener stelt dus geen diagnosen. Hij behandelt geen ziekte maar begeleidt de mens en/of het dier in zijn geheel. Hij/zij zal trachten met natuurlijke middelen het zelfhelend vermogen, dat in elk mens of dier aanwezig is, te stimuleren.
Concreet zullen de beoefenaars:
3.4.1.zich onthouden van het direct of indirect opeisen van kwalificaties die zij niet bezitten, van het claimen van bekwaamheid op een bepaald gebied van toegepast dierlijk gedrag waarin hun competentie niet is gecertifieerd, en van het claimen van eigenschappen of capaciteiten voor zichzelf of anderen die zij niet bezitten;
3.4.2.de grenzen van hun eigen competentie erkennen en geen poging doen om interventies te doen waarvoor zij geen gepaste opleiding genoten hebben of, indien van toepassing, een specialistische kwalificatie hebben;
3.4.3.alle redelijke stappen ondernemen om ervoor te zorgen dat hun kwalificaties, capaciteiten of opvattingen niet verkeerd worden voorgesteld door anderen. Wanneer dit het geval is zullen zij de nodige stappen zetten om dergelijke onjuiste voorstellingen te corrigeren;
3.4.4.wanneer de diensten die zij geschikt achten buiten hun persoonlijke competentie vallen, verlenen zij alle redelijke hulp aan de cliënt bij het verkrijgen van die diensten door andere verstrekkers die voldoende gekwalificeerd zijn om ze te verlenen;
3.4.5.alle redelijke stappen ondernemen om ervoor te zorgen dat de diagnose en behandeling van medische aandoeningen bij een dier die mogelijk met een probleemgedrag gepaard gaan, wordt uitgevoerd door een dierenarts of een andere persoon die op basis van relevante wetgeving bevoegd is;
3.4.6. Elk lid heeft het recht om zijn diensten aan het publiek bekend te maken. De verstrekte informatie dient objectief te zijn en mag niet in strijd zijn met geldende wettelijke voorschriften. Elk lid mag ook een naamplaat aanbrengen, zoals dit gebruikelijk is voor een vrij beroep. Alle advertenties moeten evenwel eerlijk zijn en mogen op geen enkele manier onjuist of frauduleus zijn..
Indien in een artikel, omzendbrief, folder of dergelijke Kahot vermeld wordt, met een dubbel van het desbetreffende stuk voor publicatie aan het secretariaat doorgestuurd te worden ter inzage.
3.5. De beoefenaars zullen in de mate van het mogelijke rekening houden met alle relevante evidentie en en ook met de grenzen van dergelijk bewijs bij het geven van gedragsadvies of het uiten van een professionele mening. Ze zullen ook rekening houden met wetenschappelijk bewijs en de grenzen van dergelijk bewijs wanneer ze publieke verklaringen afleggen en/of informatie verschaffen over diergedrag en dierenwelzijn.
3.6. De beoefenaars mogen niet professioneel optreden in een fysieke of mentale toestand die de kwaliteit van hun activiteiten negatief zou beïnvloeden.
- Cliënt en patiënt centraal
4.1. De beoefenaars moeten te allen tijde een professionele relatie met hun klanten onderhouden. De cliënt mag noch moreel, noch psychisch of financieel onder druk geplaatst worden. Ze mogen nooit proberen om hun cliënt op wat voor manier ook uitsluitend voor eigen gewin te exploiteren en het belang van de klanten, hun dieren en de maatschappij moet te allen tijde voorop staan.
4.2. Elk lid gedraagt zich in alle opzichten professioneel, zowel tegenover zijn collega’s als tegenover andere beoefenaars in de dierenwereld. Elk lid streeft naar een goede verstandhouding met collega’s en andere beroepsgroepen in de sector en levert geen kritiek op de handelingen die door een dierenarts werden voorgeschreven. Hij/zij houdt rekening met aanwijzingen of gegevens van collega’s of specialisten. Elk lid respecteert ten alle tijden de keuzevrijheid van de klant.
4.3. De beoefenaars staan niet toe dat hun professionele verantwoordelijkheden en/of praktijknormen, vastgelegd om het belang van hun patiënten en cliënten te bevorderen, worden aangetast door geloofsovertuiging, geslacht, ras, leeftijd, nationaliteit, partijpolitiek, sociale status, klasse, zelfbelang of andere externe factoren.
4.4. In alle omstandigheden houden ze rekening met de werkelijke behoeften, de mogelijkheden en de mogelijke risico’s voortvloeiend uit de specifieke situatie van de cliënt en de patiënt.
4.5. Zij zullen alle informatie verstrekken die nodig is voor de cliënt en zich onthouden van het geven van misleidende informatie over de aard en waarschijnlijke gevolgen van eventuele interventies ten einde aan de cliënt de noodzakelijke achtergrondkennis te geven die nodig is om redelijke beslissingen te nemen. Dit betekent dat:
4.5.1. Om geen onrealistische verwachtingen te scheppen moeten de beoefenaars afzien van het maken van overdreven, sensationele en niet te rechtvaardigen claims voor de doeltreffendheid van hun methodes en producten;
4.5.2. De beoefenaar zal zelf zijn diensten beëindigen of alternatieve diensten aanbevelen wanneer er aanwijzingen zijn dat de cliënt en/of de patiënt er geen voordeel uit halen.
4.6. Het wordt aanbevolen dat de beoefenaars de nodige gegevens over de cliënt en de patiënt zouden bijhouden (bv dossier), en zij zullen alle redelijke stappen ondernemen om de vertrouwelijkheid ervan te waarborgen, inclusief van de digitaal opgeslagen informatie.
4.7. In het algemeen en met inachtneming van de wettelijke vereisten, zullen zij erover waken dat de identiteit van individuen of organisaties niet opzettelijk of onopzettelijk wordt onthuld zonder hun uitdrukkelijke toestemming. Zij staan ervoor in dat identificeerbare gegevens enkel met derden gedeeld worden met de uitdrukkelijke toestemming van de betrokkenen, tenzij het belang van de betrokkenen of wettelijke bepalingen dit zou vereisen.
4.8. De beoefenaars nemen alle redelijke stappen om ervoor te zorgen dat bestanden waarover zij de controle hebben, persoonlijk identificeerbaar blijven zolang dit noodzakelijk is in het belang van degenen aan wie zij refereren, en om ze te anonimiseren indien identificatie voor bovengenoemde doeleinden niet langer nodig is. Ze maken alleen audio-, video- of fotografische opnames van de cliënten met hun uitdrukkelijke toestemming zowel voor de opname als voor de toegangsvoorwaarden ertoe en het daaropvolgend gebruik.
4.9. De beoefenaars zorgen ervoor, indien toepasselijk, dat collega’s, medewerkers, stagiairs en studenten met wie zij werken de vertrouwelijkheid met betrekking tot verkregen informatie begrijpen en respecteren.
4.10.De beoefenaars zullen persoonlijk identificeerbare informatie die zij in het kader van hun professionele werk hebben verkregen, alleen aan anderen communiceren met de uitdrukkelijke toestemming van degenen die geïdentificeerd zouden worden tenzij wettelijke bepalingen of het belang van de cliënt of de patiënt het zou vereisen.
4.11.Elke cliënt, die op de diensten van een lid beroep doet, heeft het recht om klacht neer te leggen tegen de desbetreffende begeleider. De klacht dient schriftelijk neergelegd te worden Een onafhankelijke Commissie, samengesteld door het bestuur zal de klacht al of niet ontvankelijk verklaren, onderzoeken conform de bestaande klachtenprocedure en er het nodige gevolg aan geven.
- Honorarium
De beoefenaar rekent een billijke en redelijke vergoeding (minimaal 50 euro per uur) aan voor zijn diensten, evenredig aan zijn professionele inspanningen en competenties, rekening houdend met het feit dat zijn diensten algemeen beschikbaar en toegankelijk moeten zijn om het welzijn van honden- en hondenbezitters te bevorderen. Zij moeten zich houden aan de vooraf gemaakte financiële en andere afspraken.
- Klachten en tuchtprocedure
6.1. Indien een lid meent dat een persoon ten onrechte de beroepstitel hanteert, zal het de beroepsvereniging hiervan op de hoogte brengen.
6.2.Indien een medelid vaststelt dat een collega onbehoorlijk en onprofessioneel gedrag vertoont of onverantwoord handelt zodat het beroepsprofiel geschaad kan worden zal hij/zij de beroepsvereniging hiervan op de hoogte brengen. Het bestuur zal de gegrondheid van de overtreding onderzoeken. Indien nodig wordt de tuchtprocedure ingesteld.
6.3. Indien een lid door zijn gedrag, zijn handelingen, geschriften, initiatieven of uitspraken de beroepstitel of de beroepsvereniging schade berokkent, zal het zich hiervoor moeten verantwoorden en kunnen sancties worden opgelegd.
6.4.Aanklachten tegen of kritiek op collega’s mogen nooit in aanwezigheid van een cliënt geuit worden of publiek gemaakt worden.
6.5. Indien een lid één of meerdere artikels van de deontologische code overschrijdt, wordt een tuchtprocedure ingeleid afhankelijk van de ernst van de overtreding. Het lid zal zich moeten verantwoorden. Het is het doel van een dergelijke commissie inzicht te krijgen in de feiten om tot een minnelijke schikking te komen.
6.6. De leden zullen aantijgingen van wangedrag door een professionele collega melden aan de beroepsvereniging, die de verantwoordelijkheid opneemt om deze te onderzoeken. Ze zal dit doen zonder boosaardigheid en zonder schending van vertrouwelijkheid anders dan die noodzakelijk is in het kader van het onderzoek. Het aangeklaagde lid neemt zelf alle redelijke stappen om de onderzoekers bij te staan in hun opdracht. Geen enkele sanctie kan worden uitgesproken zonder dat de betrokken lid is gehoord en de gelegenheid heeft gekregen om zich te verdedigen.
6.7. De sancties zijn: blaam, tijdelijke schorsing van de beroepsvereniging en verzekering en voor de ergste overtredingen mogelijks een definitieve uitsluiting. De genomen besluiten en sancties worden schriftelijk medegedeeld met een bijbehorend rapport waarin de ten laste gelegde feiten worden aangetoond.
6.8.Bij een ernstige overtreding kan een gerechtelijke procedure geopend worden en wordt het dossier bij de rechtbank aanhangig gemaakt.